Een herhaling van zetten

Afgelopen week was het weer eens “ouderwets” raak in de duivensport. Wat bedoel ik daarmee? Nou dat we gewoon niet doen wat we met z`n allen hebben afgesproken. Het begon met een bericht op de site van afdeling 5 die mijn irritatievezels danig prikkelden. Ik haal er even 2 citaten uit die daarin te lezen stonden:

Op basis van een eerste analyse constateren wij dat het huidige concept in zijn voorgestelde vorm niet op voldoende draagvlak onder onze leden kan rekenen. De kans dat deze statuten door onze leden worden aangenomen achten wij daarmee zeer gering, met alle mogelijke gevolgen van dien.

Beperking van autonomie: De voorgestelde bepaling beperkt de zelfstandigheid van de nieuwe afdeling aanzienlijk, doordat wijzigingen in statuten en reglementen eerst moeten worden goedgekeurd door het NPO-bestuur.

In het 1e citaat staat een aanname, namelijk dat het voorstel van het NPO bestuur niet kan rekenen op voldoende draagvlak bij de leden. Om dat te kunnen weten moet je wel aan de leden gevraagd hebben wat ze er van vinden. Nu kan het natuurlijk zijn dat ik de enquête van ons bestuur hierover heb gemist, maar ik denk niet. Zoals zo vaak in de duivensport misbruiken de afdelingsbesturen de (zelden gepeilde) mening van de leden om tegen plannen voor verandering te stemmen.

Het 2e citaat  gaat over de bijna “heiligverklaarde” autonomie van de afdelingen. Want oh, ze zouden hun autonomie maar kwijtraken. Maar hoe verhoudt de afdelings autonomie zich tot landelijke eindverantwoordelijk? Om een voorbeeld te noemen. De afdelingen willen zelf verantwoordelijk zijn voor het lossen van de duiven. Daar is de NPO niet tegen, echter dit moet wel volgens bepaalde regels gaan. En daar wringt de schoen want dat willen de afdelingen liever niet, want dat tast hun autonomie aan. Maar wat moet er gebeuren bij een dramatisch verlopen vlucht, als gevolg van een foutieve beslissing bij de lossing en er komen vragen (en die komen er) vanuit Den Haag? Tja, dan zijn de afdelingen ineens niet zo autonoom meer, want dan mag het NPO bestuur acte de préséance geven.

Nog een voorbeeld en dan aangaande de herindeling. De autonome afdelingen zouden zelf het heft in handen nemen als het ging om de juiste stappen te zetten (volgens aangenomen stappenplan op de ledenraad) om op tijd klaar te zijn voor de herindeling. Nu dat, de laatste Op de Hoogte lezend, niet lijk te lukken wordt er weer met de vinger naar het NPO gewezen. Want lees ik tussen neus en lippen door, die hadden de regie moeten pakken en eerder met diverse stukken moeten komen. Ik snap wel dat NPO bestuurders klaar zijn met dit kleutergedrag en de hun functie naast zich neerleggen.

Overigens denk ik wel dat beide partijen verantwoordelijk zijn wanneer blijkt dat de herindeling niet in 2026 maar in 2027  pas gaat plaatsvinden. De herindelingscommissie heeft het NPO bestuur met klem geadviseerd om, zodra de plannen voor de herindeling erdoor waren, een onafhankelijke adviescommissie in te stellen die op juridisch en financieel gebied de afdelingen zou gaan adviseren hoe de ontvlechting van de afdelingen het beste aangepakt kon worden. Want om toch maar een positief puntje te melden over de herindeling , de “Wat moet er gebeuren” vraag is beantwoord en wordt door alle afdelingen ondersteunt, namelijk herindeling. Het lijkt nu echter spaak te lopen op de “Hoe moet het gebeuren” vraag en dat was in mijn ogen te voorkomen geweest. Volgende week zitten alle partijen bij elkaar, daar zal de kogel door de kerk gaan… wordt het 2026 of 2027? Maar wat het ook wordt, 1 ding staat vast, in april 2026 gaan de duiven gewoon de mand weer in 😉

Maar gelukkig hebben we onze duiven nog, waar we, bestuur perikelen of niet, ons plezier uit halen. Gisteren had ik een gewezen topspeler uit onze club voor het eerst op het hok. Ik vind het altijd leuk om mijn duiven aan andere liefhebbers te tonen en te horen wat ze er van vinden. Daarnaast is het leuk om tijdens het keuren mooie verhalen te horen over bijzondere prestaties uit het verleden of duiven waar je geduld mee moet hebben. De algemene conclusie was positief, wat hem vooral opviel was de algehele conditie van de duiven. Die vond hij top en dat is leuk om te horen, zeker in deze periode waarin de duiven nog wel eens terug vallen. Daarnaast kon hij bij de (jonge) vliegduiven geen duiven vinden die door een ondergrens heen gingen. Die stappen zijn er dus gezet op het hok. Het is wel leuk om te zien dat iedere liefhebber zijn voorkeur heeft. Deze liefhebber was vooral gecharmeerd van een paar broers die in onze ogen meer het vitesse soort zijn, logisch ook om dat dit een spelletje was wat hem erg lag. Toen Henk nog kwam keuren was hij meer bezig met de duiven die de dagfond aan zouden kunnen, uiteraard omdat Henk een dagfond-man was. We hebben ook nog even staan discussiëren over het weduwnaarshok, ik denk erover na om daar rennen voor te plaatsen en het plafond met (licht doorlatende) platen dicht te maken. Maar goed, we waren het er niet over eens of dit nu het grote verschil zou maken. Waarschijnlijk toch gewoon zorgen voor betere duiven 😊

Inmiddels is de vakantie begonnen. Er staat weinig bijzonders op de planning, vooral lekker uitrusten en relaxen. Inmiddels hebben ook alle vliegduiven de Salmo-coli enting gehad, dus laat de weerstand maar gaan werken. Over een paar weken worden alle duiven alvast tegen paramixo geënt, nu eerst de vliegduiven maar eens helemaal door de rui krijgen. Na gisteren zijn de er in ieder geval weer een paar kruisjes gezet, dus de vliegploeg voor volgend jaar krijgt langzaam vorm.

nl_NLDutch